Het Verdrag van Faro benadrukt de maatschappelijke en verbindende waarde van erfgoed: de mens en de samenleving staan centraal en hún relatie met erfgoed. De komende jaren zal het verdrag richtinggevend zijn in het erfgoedbeleid en daarmee van invloed op het erfgoedveld.
Het Verdrag van Faro is in 2005 opgesteld door de Raad van Europa. Momenteel doet de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) in opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onderzoek naar mogelijkheden om het Verdrag van Faro te bekrachtigen in Nederland.
“Het Verdrag van Faro stelt de vraag 'wat is de waarde van cultureel erfgoed voor de samenleving?' met de achterliggende vragen 'waarom bewaren we erfgoed, voor wie en hoe is iedereen betrokken?',” aldus de RCE.
De drie belangrijkste punten van het verdrag zijn:
- het stelt erfgoedparticipatie centraal: van publieksbereik tot meebepalen en alles dat daartussen zit;
- het benadrukt de maatschappelijke waarde van erfgoed: het behoud van erfgoed is geen doel op zich, maar moet ten goede komen aan de samenleving;
- het stuurt aan op actieve deelname van erfgoedgemeenschappen in het erfgoedveld en daarmee stimuleert het te leren omgaan met de verschillende perspectieven op erfgoed.
Lees de vertaling van het Verdrag van Faro, geschreven door de RCE: Verdrag van Faro - Nederlands | Publicatie | Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed